"Whisky "
Het kiemen (Germination).
Het drogen (Kilning).

Dit kiemen moet op een bepaald ogenblik gestopt worden. Dat doet men door de groene mout uit te strooien op een geperforeerde vloer
Men laat warmte opstijgen onder deze speciale vloer.
Na een paar dagen krijgt men dan de echte mout.
Soms wordt de mout tijdens deze droogperiode opgewarmd door dampen van turf die men verbrandt
Dit heeft dan een uitgesproken turfsmaak of rokerige smaak tot gevolg.

Het gisten (Fermentation).

Eerst laat men de mout een tijdje rusten. Dit kan duren van enkele weken tot enkele maanden. Daarna wordt de gerst gemalen tot een grove bloem.
Deze bloem wordt geweekt in warm water en geroerd in een grote kuip tot men een beslag heeft waarin nog kaf van de gerstkorrel aanwezig is.
Dat beslag wordt vervolgens gefilterd zodat we een nieuw beslag verkrijgen van gerstmeel en water. Deze vloeistof noemt men wort.
In een ander vat wordt de wort gekoeld en daar wordt er ook gist bijgevoegd om een gistingsproces te starten.
Dit resulteert in een graanbiertje van 6 à 9°.

Het distilleren (Distillation).

Dat bier gaat men distilleren door het te verhitten tot ongeveer 80°C in distilleerkolven.
Distilleren is eigenlijk het verhitten van het bier tot damp.
Men laat de damp condenseren en dat vocht vangt men op. Herhaal dat proces nog een keer volledig, laat de gecondenseerde vloeistof afkoelen en je hebt een distillaat.
We hebben nu een distillaat van 60 - 70° na tweemaal distilleren. (op sommige plaatsen wordt er tot drie keer toe gedistilleerd, wat natuurlijk resulteert in een hoger alcoholgehalte.